Catalogus Stûv 22

1 2 3 4 30 5 6 Stûv 22 - verbranding Verbrandingslucht. De lucht die nodig is voor de verbranding wordt van buiten het gebouw gehaald (onder of achter de haard). Verbranding. De luchttoevoer, de verbrandingskamer en de rookgasafvoer vormen een luchtdicht systeem dat de ventilatie en isolatie van het gebouw niet hindert. De aangezogen lucht verhindert dat rook zich op het glas afzet. Zo hebt u altijd het beste zicht op het vlammenspektakel. De rook wordt via een warmtewisselaar afgevoerd naar de schoorsteen. 1 2 3 4 Glas omlaag Bij gebruik als open haard wordt de verbrandingslucht omgeleid en komt onderaan de haardopening in de verbrandingskamer. Het vuur verbruikt dus geen warme lucht uit de ruimte en brengt de ventilatie niet uit evenwicht. Bij open vlammen wordt de klep geopend waardoor de rook zonder bochten naar de schoorsteen wordt geleid. De benodigde druk wordt verlaagd waardoor er geen rook in de ruimte kan terechtkomen. 5 6 Openhaardfunctie